Beschrijving van de beroepsopleidingssystemen In de Lid-Staten van de Europese Gemeenschap — Vergelijkende Studie

Cedefop — European Centre For The Development Of Vocational Training

Informations

• Publié par: CEDEFOP-EUROPEAN-CENTRE-FOR-THE-DEVELOPMENT-OF-VOCATIONAL-TRAINING
• Nombre de lectures: 26
• Langue: Nederlandse
• Poids de l'ouvrage: 26 Mo

Extrait

Φ α Ό g Ο) C CO) 3 Φ Ό LU ■ ■■Α _ * ι ι mH Φ Ό Φ £ w-o c φ c S f chri tat aelij Dear Readers, The Cedefop Guide, which was compiled in 1980, is still a popular publication, despite the many changes and developments in the training systems of the Member States of the European Community and the fact that many of the statistics are now out of date. Cedefop is currently preparing a new Guide which, for various reasons, will have a different structure: (i) the European Community now has 12 Member States whilst the first Guide only covered nine training systems; (ii) a new structure was considered to be necessary, in particularforthe first chapter, which presentsa comparative view of the various national training systems; (iii) the new Guide will deal not only with initial training, but will include separate chapters on continuing training and the involvement of the social partners in vocational training; (iv) the new Guide will strengthen the links between the national monographs, which have also been updated and restructured." />

o.
c
φ
LU ε
Φ Q
ω
ϋ
Φ (Ο
σ> ■ο
c 3
Ό ϋ
Φ
α
ο
(Ο α
Φ ë
Φ Φ ε
Φ Φ Φ ■ ■■■
Ό
3 Φ
(Λ
Φ 5 Β Φ α 2
C c co 3
LU :>­ò
£ ­Ι Φ
Φ Ο Φ "° g) WO r
Φ • s S Q.
c o
φ LL
LU ε
Û Φ
LU / Α
Ü £
Φ (Λ
^ ^ W
Ό 0)
ι a n c 3
■ ■I B
O
Φ α α (0
0
(0 υ
α co
c Φ
φ g
φ
Φ ε
^ k Φ φ
■ ■ ■ Φ ο Ό
3 φ C c (Λ % φ 5 Φ
> Φ α
Ό g Ο)
C CO)
3 Φ
Ό LU ■ ■■ Α
_ * ι
ι mH
Φ
Ό Φ
£ w-o c
φ c S f
chri
tat
aelij Dear Readers,
The Cedefop Guide, which was compiled in 1980,
is still a popular publication, despite the many
changes and developments in the training systems
of the Member States of the European Community
and the fact that many of the statistics are now out
of date.
Cedefop is currently preparing a new Guide which,
for various reasons, will have a different structure:
(i) the European Community now has 12 Member
States whilst the first Guide only covered nine
training systems;
(ii) a new structure was considered to be necessary,
in particularforthe first chapter, whic h presentsa
comparative view of the various national training
systems;
(iii) the new Guide will deal not only with initial
training, but will include separate chapters on
continuing training and the involvement of the
social partners in vocational training;
(iv) the new Guide will strengthen the links between
the national monographs, which have also been
updated and restructured.
Wewouldbegratefulforanycommentsyou may have
and would be pleased to receive your orders for the
national monographs. These are available in the
original languages and in other official Community
languages.
We would also draw your attention to our regularly
updated publications list.
Q.
O
rw/¿%*'*¿/. LU
O
Ernst Piehl LU Direktor
ü
Φ
O Vergelijkende studie over de beroepsopleidingssystemen in
de Lid-Staten van de Europese Gemeenschap
Uitgegeven door:
Europees Centrum voor de Ontwikkeling van de Beroeps­
opleiding (CEDEFOP)
Bundesallee 22, D-1000 Berlin 15, Tel. [phone]
Het Centrum werd opgericht met verordening
(EEG) nr. 337/75 van de Raad van de Europese
Gemeenschappen (10 februari 1975) Deze publikatie verschijnt ook in de volgende talen:
DA ISBN 92-825-2638-0
DEN 92-825-2263-6
EN ISBN 92-825-2639-9
FRN 92-825-2640-2
IT ISBN 92-825-2641-0
Bibliografische gegevens bevinden zich aan het eind van deze publikatie.
Luxemburg: Bureau voor officiële publlkatles der Europese Gemeen­
schappen, 1984
ISBN 92-825-2642-9
Catalogusnummer: HX-31-80-207-NL-C
© European Centre for the Development of Vocational Training, Berlin
1984
Printed in the FR of Germany Wij bedanken voor bijdragen en assistentie:
Office National de l'Emploi/Rijksdienst
voor Arbeidsvoorziening,
Dr. P. Debaty
Keizerslaan 7, B-1000 Brussel
Undervisningsministeriet
W. Rasmussen
Frederiksholmskanal 21, DK-1220 København K
Bundesinstitut für Berufsbildungsforschung
Dr. U. Grünewald
Fehrbelliner Platz 3, D-1000 Berlin 31
Prof. Dr. J. Münch
Spinozastraße 27, D-6750 Kaiserslautern
Centre INFFO
C. Legave/D. Vignaud
Tour Europe Cedex 07, F-92080 Paris la Défense
AnCO — The Industrial Training Authority
D. Jacobson/B. O'Sullivan/J. Wallace
P.O. Box 456, Dublin 4, Ireland
Istituto per lo Sviluppo della
Formazione Professionale dei Lavoratori (ISFOL)
D. Pescarono
Via Bartolomeo Eustachio, 8, 1-00161 Roma
Bureau luxembourgeois d'information et de correspondance
pour le développement de la formation professionnelle
A. Wìlmes
Rue Rév. Père Jacques Thiel, L-3572 Dudelange
Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen
W. S. Baars
Nieuwe Uitleg 1, Den Haag, Nederland
Manpower Services Commission
Trainings Division
Directorate of Training
A.E.M. Lewis
162-168, Regent Street, London W1R 6DE, United
Kingdom Concept en design: Rudolf J. Schmitt
Medewerkers: Joachim Schmitt
André Rekow
Redactie: Gina Angress
Inge Hammelmann
Bewerking van de Nicolas Köhler-Görler
Dr. Ingeborg Krengel monografieën:
Rudolf Stegers
Marianne Weno
Technisch advies en Dr. Pol Debaty
bewerking in het Frans: Brussel
Correctie (Nederlandse versie): Leon Römkens
(Instituut voor Toege­
paste Sociologie —
Nijmegen)
Realisatie en coördinatie Cedefop: Georges L A. Dupont
J. Michael Adams
Bernd Möhlmann
Marieke Zwanink Beste lezer,
Deze publikatie heeft de beroepsopleiding in de EG tot
onderwerp.
Wie deze studie doorneemt zal onmiddellijk merken dat de
verscheidenheid der beroepsopleidingssystemen in de Euro­
pese Gemeenschap ontzettend groot is en dat geen enkel
systeem met dat van een andere Lid-Staat te vergelijken
valt.
Wanneer in Europa de wens tot harmonisering van de
beroepsopleiding bestaat, dan kan naar onze mening de
wederzijdse informering ertoe bijdragen dat de eigenheid
van elk beroepsopleidingssysteem en haar problemen beter
bekend zullen worden. Dit onderzoek betekent een eerste
stap in die richting.
De basis van deze studie wordt gevormd door beschrijvin­
gen die auteurs uit de Lid-Staten zelf — na overleg met de
sociale partners — hebben opgesteld. De rapporten dienden
opgesteld te worden volgens een overeengekomen schema,
ten behoeve van de onderlinge vergelijkbaarheid.
Toen wij in het bezit waren van alle monografieën stelden
wij evenwel vast dat zij eigenlijk niet te vergelijken waren.
Daarvoor zijn volgens ons twee redenen aan te wijzen,
waarmee wij dan ook bij onze verdere werkzaamheden
rekening gehouden hebben: ten eerste hebben de verschil­
lende landen in hun visie bepaalde accenten gelegd, ten
tweede bleek het voorgeschreven schema niet voldoende
flexibel. Pas na bestudering van alle rapporten waren wij in
staat voor het enorme aanbod van (verschillend benadrukte)
problemen en oplossingen een structuur uit te denken die
zoveel mogelijk op alle landen van toepassing was zonder
hen in een keurslijf te dringen dat meer zou inspelen op de
vraag naar systematiek dan op die naar uitgebreide informa­
tie.
Deze informatie moet dusdanig gepresenteerd worden, dat
het de lezers duidelijk wordt in welke mate de beroepsoplei­
ding van land tot land verschilt en waarom er zulke grote
verschillen zijn. Wij zijn de mening toegedaan dat men
slechts over de beroepsopleiding in Europa kan meepraten,
adviseren en oordelen, wanneer men over een basisschema,
een beeld van het geheel beschikt, leder van ons functio­
neert in zijn eigen structuren en beoordeelt de andere vanuit
die positie. Slechts wanneer men weet hoe die andere
structuren ontstaan zijn, is men in staat ook de eigen
problemen inzake de beroepsopleiding als het ware „van
buitenaf" opnieuw te bekijken.
Daarom heeft de redactie aan de negen monografieën een
vergelijkend hoofdstuk laten voorafgaan dat als leidraad
moet dienen bij het lezen van de erop volgende monogra­
fieën en de lezer in staat moet stellen die elementen weer te
vinden waarvoor hij bijzonder aandacht heeft.
De monografieën werden bewerkt en ingekort tot ongeveer
50 bladzijden. Dit houdt een aantal risico's in, daar het niet
makkelijk is een ingewikkelde materie bondig en getrouw
samen te vatten. Het is dan ook niet volledig uitgesloten dat
voor bepaalde landen sommige typische problemen niet
voldoende geaccentueerd werden. Daar tegenover staat dat
wij ruimer aandacht hebben geschonken aann die
in alle landen voorkomen. Het leek ons belangrijk deze
gemeenschappelijke problematiek te laten doorwegen bij dit
onderzoek.
Hoewel er veel literatuur over beroepsopleiding bestaat, zijn
er bijna geen dynamische beschrijvingen voorhanden over
de opleidingsmogelijkheden vanaf het begin van de school­
tijd tot en met de beroepsgerichte vervolgopleiding. Wij