La lecture à portée de main
Découvre YouScribe en t'inscrivant gratuitement
Je m'inscrisDécouvre YouScribe en t'inscrivant gratuitement
Je m'inscrisDescription
Sujets
Informations
Publié par | COUNCIL-OF-THE-EUROPEAN-UNION |
Nombre de lectures | 9 |
Langue | Nederlandse |
Poids de l'ouvrage | 3 Mo |
Extrait
Secretariaat-generaal van de Raad
der Europese Gemeenschappen
NEGENENTWINTIGSTE
OVERZICHT
DER WERKZAAMHEDEN
VAN DE RAAD
1 JANUARI - 31 DECEMBER 1981 Secretariaat-generaal van de Raad
der Europese Gemeenschappen
NEGENENTWINTIGSTE
OVERZICHT
DER WERKZAAMHEDEN
VAN DE RAAD
1 JANUARI - 31 DECEMBER 1981 Deze publikatie wordt eveneens ¡n de volgende talen uitgegeven :
DA ISBN 92-824-0095-6
DEN 92-824-0096-4
GR ISBN 92-824-0097-2
ENN 92-824-0098-0
FR ISBN 92-824-0099-9
ITN 92-824-0100-6
Bibliografische data bevinden zich aan het einde van deze publikatie
Luxemburg : Bureau voor officiële publikaties der Europese Gemeenschappen, 1983
ISBN 92-824-0101-4
Catalogusnummer : BX-35-82-425-NL-C
© Europese Gemeenschappen — Raad, Brussel, 1982
Printed in Belgium INHOUD
INLEIDING 5
HOOFDSTUKI — Werking van de Instellingen9
A — De Raad9
Β — Parlementaire aangelegenheden 10
C — Institutionele n20
D — Hof van Justitie 21
E —EconomischenSociaalComité22
HOOFDSTUKII—Vrij verkeer en gemeenschappelijke
regels25
A — Douaneunie en industrie25
Β — Recht van vestiging en het vrij verrichten van diensten..34
C — Intellectuele eigendom 37
D — Industriëleaangelegenheden39
HOOFDSTUKIII—Economisch en sociaal beleid 41
A — Economische,financiële,fiscale en exportkredietvraag 41
stukken
Β — Sociaal beleid 48
C —Regionaalbeleid58
D —Energie61
E —Vervoer71
F —Onderzoek82
G — Milieu85
H — Overige vraagstukken91
3 HOOFDSTUK IV — Buitenlandse betrekkingen en betrek
kingen met de geassocieerde landen 97
A — Uitbreiding van de Gemeenschap97
Β — Handelspolitiek 99
C — Betrekkingenmetdegeïndustrialiseerde landen 108
D — DeNoordZuiddialoog124
E — Ontwikkelingssamenwerking129
F — Betrekkingenmetde ACSstaten en met de Landenen137
GebiedenOverzee
G — Landen in het MiddellandseZeegebied, EuroArabische152
dialoog, Golfstaten
H — Azië, LatijnsAmeri ka 166
I — Extern visserijbeleid169
HOOFDSTUK V —Landbouw175
A — Algemene vraagstukkeninverband met het gemeen175
schappelijk landbouwbeleid
Β — Uitwerking van enbelangrijke wijzigingen in de verorde180
ningen inzake gemeenschappelijke marktordeningen
C — Beheer van de e n .... 193
D — Regeling van het handelsverkeer 224
E — Structuurbeleid 225
F — Mededingingsvoorwaardenindelandbouw235
G — Landbouwstatistieken236
H — Boekhoudkundiginformatienetvoordelandbouw 236
I — Financieringvanhet gemeenschappelijk landbouwbeleid
—Financiëlereglementen237
J — Harmonisatievande wettelijke en bestuursrechtelijke238
bepalingen
K — Intern visserijbeleid247
HOOFDSTUK VI — Administratieve vraagstukken,
diversen 253
A—Begrotingsvraagstukken253
B—Statuutvan het personeel263
Tabellen267
Afkortingen271
Register275Inleiding
Op 1 januari 1981 trad Griekenland als tiende lid tot de
Europese Gemeenschap toe, waaruit eens te meer de vitaliteit en de
aantrekkingskracht van de Gemeenschap blijkt en waai ook de
eerste stap tot uitbreiding in zuidelijke richting is gezet, wat betekent
dat op tal van gebieden waarop de Gemeenschap werkzaam is, naar
een nieuw evenwicht zal moeten worden gezocht. Tegen het einde
van het jaar heeft de Europese Raad de politieke belofte om Spanje
en Portugal als lid in de Gemeenschap op te nemen, bevestigd en de
toetredingsonderhandelingen werden actief voortgezet.
Ten einde te beantwoorden aan de eisen van de jaren tachtig
en het,,Europa van de tweede generatie" voor te bereiden, had de
Raad op 30 mei 1980 besloten het communautaire beleid aan te
passen en de werking van de Instellingen te verbeteren ; zo heeft hij
zich in 1981 gebogen over een verslag en mededelingen van de
Commissie betreffende een eenheidsstrategie voor de economische
opleving, de hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid
en de wijzigingen die moeten worden aangebracht in het stelsel van
de eigen middelen. Ook is gesproken over een verklaring inzake de
economische integratie en een ontwerp voor een Europese akte,
beide voorgelegd door de Duitse en Italiaanse regering, alsmede over
een memorandum van de Franse regering over een nieuwe start voor
Europa.
Ten aanzien van de interinstitutionele betrekkingen moeten in
1981 twee positieve ontwikkelingen worden gesignaleerd : enerzijds
de ontmoeting die voor het eerst tussen de ministers van Buitenlandse
Zaken van de Tien en een delegatie van het Bureau in uitgebreide
samenstelling van het Europees Parlement tijdens zijn vergadering
van november heeft plaatsgevonden, anderzijds de verklaring die de
fungerend voorzitter van de Raad, mevrouw Thatcher, — ook voor de
eerste maal — tegenover het Parlement heeft afgelegd over de
resultaten van de Europese Raad van eind november. Aan het einde van het jaar vond een soortgelijke toenadering
op begrotingsgebied helaas niet plaats, aangezien er tussen de twee
instanties van de begrotingsautoriteit een nieuw conflict was gerezen ;
de Raad heeft echter zijn bereidheid te kennen gegeven om voor de
komende begrotingsjaren oplossingen voor het probleem van de
indeling van de uitgaven en voor andere procedureproblemen te
zoeken.
In een jaar van toenemende spanningen in de internationale
betrekkingen en van internationale economische teruggang heeft de
Raad grote waarde gehecht aan de bijdrage van de Europese
Gemeenschap tot de Noord-Zuiddialoog ; zo heeft de Raad een
gemeenschappelijk programma opgesteld, dat door de
Raad van juni in Luxemburg is bekrachtigd en waarin met name tot
uitdrukking wordt gebracht hoeveel belang de Gemeenschap aan de
wereldwijde onderhandelingen hecht en hoe graag zij deze zo spoedig
mogelijk zou zien beginnen.
Andere mijlpalen op het gebied van de betrekkingen met de
ontwikkelingslanden waren de inwerkingtreding van de op 31 oktober
1979 ondertekende tweede Overeenkomst van Lomé op 1 januari, de
goedkeuring van de kaderverordening inzake de financiële en techni
sche hulp aan geassocieerde ontwikkelingslanden en een actiepro
gramma voor de bestrijding van de honger in de wereld, bestaande uit
een speciale voedselhulpactie ten behoeve van de minst ontwikkelde
landen en een strategie voor de ontwikkeling van de voedselproduktie
in de derde wereld.
Hoewel de economische betrekkingen tussen de Europese
Gemeenschap en de Verenigde Staten in de huidige crisisperiode in
wezen stabiel zijn gebleven, is er toch een geschil gerezen, in het
bijzonder ten aanzien van de gevolgde economische koers, met name
de zeer hoge Amerikaanse rentetarieven, de ijzer- en staalindustrie en
de landbouw ; er heeft voortdurend overleg plaatsgevonden om naar
oplossingen te zoeken.
De handelsbetrekkingen met Japan, die nog steeds duidelijk in
het nadeel van de Gemeenschap uitvallen, zijn voor de Raad
aanleiding blijven vormen tot ernstige bezorgdheid ; de Raad wil
enerzijds gedaan krijgen dat de Japanse markt meer wordt openge
steld voor Europese produkten en anderzijds dat Japan zijn uitvoer in
bepaalde gevoelige sectoren matigt. Op het gebied van de buitenlandse betrekkingen verdienen
voorts vermelding : de ondertekening van de samenwerkingsovereen
komst met India, de vernieuwing van de financiële protocollen met de
Maghreblanden, de Machraklanden en Israël, en de ondertekening
door de Europese Gemeenschap van de Internationale Cacao-
overeenkomst.
Bij de aanhoudende economische wereldcrisis heeft de Euro
pese Gemeenschap slechts enkele bescheiden vorderingen gemaakt
bij de verlaging van de tekorten op de betalingsbalansen en het
terugdringen van de inflatie. Daarentegen zijn veel sectoren van de
industrie zwaar door de crisis getroffen, is het investeringspeil nog
steeds onvoldoende en heeft de werkloosheid een zorgwekkende
omvang aangenomen.
Als gevolg van de weinig homogene economische ontwikkelin
gen in de Lid-Staten hebben er zich binnen het Europees Monetair
Stelsel spanningen voorgedaan, maar bij de twee in 1981 doorgevoer
de aanpassingen is gebleken dat het soepel en doeltreffend func
tioneert.
Ten einde bij te dragen tot een convergentie van de economi
sche ontwikkelingen in de Lid-Staten, heeft de Raad in februari zijn
goedkeuring gehecht aan de aanpassing van het mechanisme van
communautaire leningen ter ondersteuning van de betalingsbalansen
van de Lid-Staten.
De ministers van Economische Zaken en Financiën en die van
Arbeid hebben in juni 1981 voor het eerst een gezamenlijke zitting
gehouden, waar gesproken is over gemeenschappelijke acties ter
bestrijding van zowel de inflatie als de werkloosheid ; daarbij hebben
zij de noodzaak van een sociale dimensie van het economisch beleid
van de Gemeenschap onderstreept.
Deze sociale dimensie is naar voren gekomen in de maatrege
len betreffende de ijzer- en staalindustrie, waaraan de Raad in
dezelfde maand nog zijn goedkeuring heeft gehecht ; deze
len hadden betrekking op de steunregeling voor de bedrijven, het
prijsbeleid en de maatregelen voor de controle op de produktie,