De rechtsorde van de Gemeenschap
288 pages
Nederlandse

Découvre YouScribe en t'inscrivant gratuitement

Je m'inscris

Découvre YouScribe en t'inscrivant gratuitement

Je m'inscris
Obtenez un accès à la bibliothèque pour le consulter en ligne
En savoir plus
288 pages
Nederlandse
Obtenez un accès à la bibliothèque pour le consulter en ligne
En savoir plus

Description

Jean-Victor LOUIS DE RECHTSORDE VAN DE GEMEENSCHAP Vierde herziene en bijgewerkte druk EUROPESE COMMISSIE EUROPESE PERSPECTIEVEN *. * •* *EUROPESE COMMISSIE De rechtsorde van de Gemeenschap door Jean-Victor LOUIS Hoogleraar aan de Université libre de Bruxelles Vierde herziene en bijgewerkte druk SERIE „EUROPESE PERSPECTIEVEN" BRUSSEL Deze publikatie is het werk van een onafhankelijk auteur. Zij is bedoeld als bijdrage tot de openbare discussie over de rechtsorde van de Gemeenschap. Zij geeft niet noodzakelijkerwijs de mening van de Europese Commissie weer. Bibliografische data bevinden zich aan het einde van deze publikatie. Luxemburg: Bureau voor officiële publikaties der Europese Gemeenschappen, 1995. ISBN 92-826-6863-0 © EGKS-EG-EGA, Brussel · Luxemburg, 1993 Printed in Italy Ten geleide Het lot van het op 7 februari 1992 te Maastricht ondertekende Verdrag betreffende de Europese Unie was tijdens de voorbereiding van deze druk onzeker. De negatieve uitslag van het op 2 juni 1992 in Denemarken gehou­den referendum over het Verdrag van Maastricht werd door sommi­gen als de doodsteek voor dit Verdrag beschouwd. Door de (krappe) meerderheid bij het op 20 september 1992 in Frankrijk gehouden referendum is het optimisme ten aanzien van de inwerkingtreding van het Verdrag nieuw leven ingeblazen.

Sujets

Informations

Publié par
Nombre de lectures 16
Langue Nederlandse
Poids de l'ouvrage 4 Mo

Extrait

Jean-Victor LOUIS
DE RECHTSORDE
VAN DE GEMEENSCHAP
Vierde herziene en bijgewerkte druk
EUROPESE COMMISSIE
EUROPESE PERSPECTIEVEN
*. *

* *EUROPESE COMMISSIE
De rechtsorde
van de Gemeenschap
door Jean-Victor LOUIS
Hoogleraar aan de Université libre de Bruxelles
Vierde herziene en bijgewerkte druk
SERIE „EUROPESE PERSPECTIEVEN"
BRUSSEL Deze publikatie is het werk van een onafhankelijk auteur. Zij is bedoeld als bijdrage tot de
openbare discussie over de rechtsorde van de Gemeenschap. Zij geeft niet noodzakelijkerwijs
de mening van de Europese Commissie weer.
Bibliografische data bevinden zich aan het einde van deze publikatie.
Luxemburg: Bureau voor officiële publikaties der Europese Gemeenschappen, 1995.
ISBN 92-826-6863-0
© EGKS-EG-EGA, Brussel · Luxemburg, 1993
Printed in Italy Ten geleide
Het lot van het op 7 februari 1992 te Maastricht ondertekende
Verdrag betreffende de Europese Unie was tijdens de voorbereiding
van deze druk onzeker.
De negatieve uitslag van het op 2 juni 1992 in Denemarken gehou­
den referendum over het Verdrag van Maastricht werd door sommi­
gen als de doodsteek voor dit Verdrag beschouwd.
Door de (krappe) meerderheid bij het op 20 september 1992 in
Frankrijk gehouden referendum is het optimisme ten aanzien van de
inwerkingtreding van het Verdrag nieuw leven ingeblazen.
Op 12 december 1992 besloot de Europese Raad van Edinburgh,
Denemarken te ontheffen van de verplichting tot deelname aan de
derde fase van de Economische en Monetaire Unie (en legde tevens
het recht van dat land op deelname in een protocol vast), en nam
kennis van het Deense voorbehoud aangaande andere beleidsterrei­
nen (burgerschap, veiligheid, ...). Hierdoor werd een tweede refe­
rendum op 18 mei 1993 mogelijk, dit keer met een positieve uitslag.
Gedurende dat tijdvak voltrok zich in het Verenigd Koninkrijk de
lange parlementaire goedkeuringsprocedure die na veel touwtrekken
op 20 juli 1993 door koninklijke bekrachtiging van de „European
Communities (Amendment) Act 1993" werd afgesloten. Een bij het
High Court tegen ratificatie ingesteld beroep werd op 30 juli 1993
verworpen.
In Duitsland duurde de spanning evenwel het langst en dat land
deponeerde als laatste zijn ratificatie-instrumenten. Het Verdrag
betreffende de Europese Unie was op 2 december 1992 massaal door
de Bundestag en op 18 december van dat jaar unaniem door de
Bundesrat goedgekeurd. Tegelijkertijd werd de Europese roeping
van het land bevestigd door een grondwetsherziening, waarbij in een
nieuw artikel 23 grenzen en voorwaarden voor deelneming aan het
Europese integratieproces werden gesteld. Maar bij het
Bundesverfassungsgericht ingestelde beroepen stelden de ratificatie
door Duitsland met tien maanden uit. Er moest namelijk op de
positieve uitspraak van de rechtbank van Karlsruhe worden ge­
wacht, die pas op 12 oktober 1993 kwam, alvorens, reeds de volgen­
de dag, het land zijn ratificatie-instrumenten kon deponeren.
De Europese Raad van Brussel, op 29 oktober 1993 in buitengewone
zitting bijeen, kon dan ook de inwerkingtreding van het Verdrag
betreffende de Europese Unie bepalen op 1 november 1993, ofwel
tien maanden later dan bij de ondertekening was voorzien. Ten geleide
De inwerkingtreding van het Verdrag — waarvan in dit werk de
institutionele aspecten beschreven worden — is stellig een verheu­
gende gebeurtenis. Aan het Verdrag van Maastricht kleven waar­
schijnlijk „grote tekortkomingen" maar ontegenzeglijk ook veel
„positieve punten" ('). Het belichaamt de wil van — in ieder geval
tien van — de Lid-Staten, over de fase van de interne markt heen te
gaan naar de opbouw van een economische en monetaire unie, en
zich voor de totstandkoming van een politieke unie in te spannen.
Hiermee is een niet te verwaarlozen vooruitgang geboekt met de
democratische legitimiteit van het Europese bouwwerk.
Het Verdrag gaat evenwel slechts gedeeltelijk in op de interne en
externe uitdagingen waarmee de Europese Gemeenschap wordt ge­
confronteerd, en voorziet trouwens ook in een herziening in 1996 ten
einde de doeltreffendheid en de democratische legitimiteit van het
institutionele systeem te versterken. Opgemerkt dient te worden dat
de Gemeenschap voor een eerste uitbreiding staat, zonder dat de
instellingen en de besluitvormingsprocedures versterkt zullen zijn.
De nieuwe druk van dit werk wordt niet alleen door wijzigingen van
de oprichtingsverdragen, maar ook door belangrijke ontwikkelingen
in de rechtspraak gerechtvaardigd. Om met professor Jacqué te
spreken: „les Communautés européennes relèvent plus du cinémato­
graphe que de la photographie" (2).
Ook al moest de nummering van sommige paragrafen gewijzigd
worden, de veranderingen in de opzet zijn gering gebleven.
Jean-Victor LOUIS
Brussel, januari 1994.
(') Zie de op 7 april 1992 door het Europees Parlement op voordracht van D. Martin en
F. Herman aangenomen resolutie A3-0123/92, deel I, blz. 5 en 8.
(2) „Cours général de droit communautaire", Ree. Cours Acad. droit européen, 1991, I,
blz. 237 (hierna aangehaald als „Cours Florence"). Inhoudsopgave
INLEIDING
Hoofdstuk I — SPECIFIEKE KENMERKEN 13
Afdeling 1: Bevoegdheidstoekenning 2: Een geïnstitutionaliseerd stelsel voor de schep­
ping van rechtsregels 30
Afdeling 3: Een rechtsgemeenschap 57 4: Uitleggingsmethoden 6
Afdeling 5: Soepelheid en gebondenheid bij de aanpassing
van de communautaire constitutie 74
Afdeling 6: Internationale rechtspersoonlijkheid 82
Hoofdstuk II — DE BRONNEN VAN HET COMMUNAU­
TAIRE RECHT 99
Afdeling 1: De Verdragen als constitutie van de Gemeen­
schap, het Verdrag van Maastricht 9
a) De werkingssfeer in de tijd 102
b) De ruimtelijke werkingssfeer3
c) Constitutie en raamverdrag5
Afdeling 2: Het afgeleide recht 110
a) Aard van de ondergeschiktheid aan de Verdragen 11
1. Het beginsel van de „compétence d'attribution"
2. De materiëled aan het Verdrag1
3. Het subsidiariteitsbeginsel
b) De „typische" handelingen4
1. Het EGKS-Verdrag: individuele en algemene beschik­
kingen en aanbevelingen 11
2. De in artikel 189 van het EEG-Verdrag genoemde
handelingen5
c) „Onbenoemde" handelingen 126
1. Internen
2. Handelingen „sui generis"7
Afdeling 3: Het volkenrecht9
a) Het algemene volkenrecht
b) Internationale akkoorden 130
1. De door de Lid-Staten gesloten akkoorden 13
2. De door de Gemeenschap geslotenn5 Inhoudsopgave
Afdeling 4: De algemene rechtsbeginselen en de eerbiediging
van de rechten van de mens 136
Hoofdstuk III — DE VERHOUDING TOT HET NATIO­
NALE RECHT 149
Afdeling 1: De directe werking9
a) Voorschriften met directe werking 153
1. Het Verdrag 153
2. De verordeningen 163
3. De tot de Lid-Staten gerichte beschikkingen en richt­
lijnen5
4. De door de Gemeenschap gesloten internationale ak­
koorden 177
b) De gevolgen van strijdigheid tussen nationale voorschriften
en direct werkende communautaire voorschriften 182
c) De grenzen van de directe werking 184
d) De directe werking: besluit7
Afdeling 2: De voorrang van het communautaire recht 188
a) Grondwet en communautair recht 193
b) Communautair recht en jongere wet 210
c) De voorrang: besluit 222
Afdeling 3: De tenuitvoerlegging van het communautaire
recht3
a) Direct of gecentraliseerd bestuur7
b) Samenwerking van de Lid-Staten 233
CONCLUSIE 259
BIBLIOGRAFIE 265
LIJST VAN GESPECIALISEERDE TIJDSCHRIFTEN 271
TREFWOORDENREGISTER 273 Inleiding
1. De op 9 mei 1950 door Robert Schuman, de toenmalige Franse
minister van Buitenlandse Zaken, afgelegde verklaring betekende
een keerpunt in de opbouw van Europa. De Europese Gemeen­
schappen als institutionele realiteit, vinden in dit historische initia­
tief hun oorsprong.
„L'Europe ne se fera pas d'un coup, ni dans une construction
d'ensemble: elle se fera par des réalisations concrètes, créant
d'abord une solidarité de fait." Met deze woorden werd in de
verklaring van Schuman de functionalistische strategie uitgetekend,
welke de overhand zou krijgen op de zienswijze van de
„constitutionalisten", die voor Europa onverwijld de totstandbren­
ging van een politieke organisatie van het federale type wensten(').
Achtereenvolgens werden bij het Verdrag van Parijs van 18 april
1951 de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) en bij
de Verdragen van Rome van 25 maart 1957 de Europese Economi­
sche Gemeenschap (EEG) en de Europese Gemeenschap voor
Atoomenergie (EGA of „Euratom") opgericht.
2. Sinds de inwerkingtreding van laatstgenoemde Verdragen op
1 januari 1958 bestaan er drie onderscheiden Gemeenschappen met
elk een eigen oprichtingsakte. Deze drien zijn even­
wel in het leven geroepen om dezelfde fundamentele doelstellingen
te bereiken: de opbouw van „een georganiseerd Europa", het leggen
van de grondslagen voor „een steeds hechter verbond

  • Univers Univers
  • Ebooks Ebooks
  • Livres audio Livres audio
  • Presse Presse
  • Podcasts Podcasts
  • BD BD
  • Documents Documents